Zeg eens n


Namens de familie, 
had zij gesproken. 
Die eer viel haar ten deel, 
blijkbaar. 
Het kon raar lopen. 
Zij had verwacht dat er weerstand zou komen, 
zoals altijd. 

Als jongste van het gezin, 
was zij buiten gesloten, 
zo voelde dat althans. 
Of dat nou werkelijk zo was, 
deed eigenlijk niet terzake. 

Zij dacht er misschien ook wel anders over, 
of bleek ineens een soort macaber talent. 
De eerste keer, 
toen haar moeder overleed, 
was haar verbazing al groot geweest. 
Scheiden, 
min of meer hun wegen. 

Iedereen had nog afscheid kunnen nemen. 
Dat had niet veel gescheeld, 
een broer en zus, 
moesten uit Zwitserland komen, 
waar zij al jaren woonden. 

Niemand leek voorbereid, 
sommigen zelfs ronduit overdonderd. 
Niet dat zij het al lang aan zag komen, 
maar toch, 
moeder had kanker, 
was geopereerd, 
bestraald. 
Lag al weken in het ziekenhuis. 

Er waren momenten genoeg, 
om aan een minder positieve afloop te denken. 
Zij had het rechtstreeks aan moeder gevraagd. 
Die vertrouwde volledig op de dokters in het ziekenhuis, 
die waren positief. 
Zij was blij, 
voor haar moeder, 
maar het stelde haar niet echt gerust. 

Zij weet niet, 
in hoeverre dat ermee te maken had. 
Misschien was zij altijd wel meer voorbereid, 
op minder goede afloop. 
Dat paste wel bij haar. 
Zonder enige moeite, 
gingen haar gedachten, 
daar regelmatig naar uit, 
moest zij zich zelfs terug fluiten. 

Niemand wilde iets op papier zetten, 
om tijdens de dienst, 
afscheid te nemen. 
Daar was zij meer ontdaan van dan het overlijden. 

Oma, 
de moeder van haar moeder leefde nog, 
het was haar enigste kind. 
Dan mocht je het, 
toch niet allemaal, 
aan vreemden overlaten? 
Het kon hen blijkbaar niet veel schelen.


Bij haar, 
leek alles tot leven te komen. 
Ineens kreeg zij alle regie. 
In het begin, 
maakte het haar achterdochtig. 
Zij wachtte op het moment dat haar ideeën, 
haar inbreng, 
op weerstand zou stuiten, 
na de eerste shock. 

Zij schreef een tekst, 
sprak met de begrafenisondernemer, 
nodigde het koor uit, 
waar haar moeder heel haar leven zong, 
om de dienst op te luisteren. 

Elke keer zocht zij contact met haar broers en zussen, 
voor overleg. 
Stuk voor stuk gaven zij aan, 
niet te willen praten, 
vertrouwen hadden in dat zij het goed zou regelen. 
Soms waren ze ronduit bot, 
alsof zij hen onnodig lastig viel. 

Haar wereld stond helemaal op zijn kop, 
toen zij ook nog de erfenis af mocht handelen. 
Het was duidelijk, 
dat niemand, 
die rol ambieerde. 

Mensen met een goede baan, 
eigen bedrijf, 
kinderen, 
verantwoordelijkheden. 
Volwassen. 

Zo uit het lood geslagen, 
voor een gebeurtenis, 
die onvermijdelijk iedereen kon verwachten, 
vroeg of laat. 

Zelf eerder van deze wereld worden weggerukt, 
was het enigste alternatief, 
anders moest er ooit afscheid worden genomen. 

Het was struisvogel politiek, 
die haar het laatste woord gaf.

Reacties