Zeg eens I


Wakker worden, 
met een lied in haar hoofd, gebeurde zelden. 

Die dagen konden niet meer stuk voor haar. 
Zij had er nooit zo bij stil gestaan. 
Er was, een overgang, altijd. 
Abrupt kon zij wakker schieten. 
Geschrokken, alsof zij zich verslapen had. 
Dat bleef de hele dag om haar heen hangen. 
Een schrik bij de telefoon die ging of de kat die miauwde. 
Nergens voelde zij zich op voorbereid. 
Zij had geleerd zich erbij neer te leggen. 

Ook kon zij dromen en ontwaken voor het einde van die droom. Afhankelijk van de sfeer bepaalde die haar dag. 
Meer dan gemiddeld was zij in discussie, of ronduit boos. 
Zo ontdekte zij ook welk effect het slapen op haar dagen had,
 nou ja, de manier en het moment van ontwaken. 
Die dag leek met haar te spotten. 

Geen fan, zij kon geen directe aanleiding vinden, 
schalde niet de wekker. 
*Ik heb zo wa, wa, wa, waanzinnig gedroomd, 
ik werd met ka, ka, ka, kado’s overstroomt.* 
Klaarwakker. 
Zij schudde haar hoofd, vond het een raar, 
sarcastisch commentaar op haar dilemma, 
dat haar vaak teisterde. 

Buiten was het nog donker en toch voelde het te laat. 
De lichtheid van het liedje in contrast met haar leven. 
Deze dingen dacht zij pas achteraf. 
Tijdens die dag, was het gewoon een constatering. 
Erop terug kijkend, was het een passief aanvaarden. 
Niets voor haar. 

Terwijl het licht werd en een vogel de stilte verstoorde, 
zag zij de maan vol aan de licht blauwe hemel staan.
Lachwekkend misplaatst.


Zij was toe aan haar tweede kopje koffie. 
De deurklopper, voor zij een slok had genomen. 
Op andere dagen had zij zeker geslapen en het niet gehoord. 
Met tegenzin liet zij de koffie staan en deed open. 
"Mag ik u het goede nieuws vertellen?" 
Ze zag het aan de kleren van de man en vrouw aan de deur.

Jehovah. 
Hun waarheid werd mij aangeboden. 
Met grote letters staat het daar; 
ONTWAAKT. 

Voor het eerst wilde zij wel met hen praten. 
Als dit geen teken is. Zij wilden niet binnen komen. 
Zij begon met vertellen over deze bijzondere dag, 
zij zat vol met vragen. 
De man had zich al omgedraaid, 
stak zijn arm uit naar de vrouw. 
Met een vloeiende beweging geleidde hij haar naar zich toe, 
als een dans. 

Wij moeten verder, klinkt haar lijzige stem. 
Zij dacht te horen, 
dat zij normaal gesproken haar mond moest houden, 
zo voorzichtig, klonk het, bijna angstig. 
Snel strekte de vrouw haar hand en pakte zij het blaadje aan. Verbouwereerd bleef zij een tijdje staan. 

De rest van de dag lag het bewijs op tafel. 
Het enige tastbare van die dag. 
Wie zal haar geloven, dat toen zij de televisie aandeed, 
voor wat afleiding, 
er werd gesproken over de krant voor wakker Nederland. 

Geschrokken zet zij hem snel uit. 
Er was geen ontkomen aan. 
Met nieuwe moed en verse koffie durfde zij haar facebook aan. Ook daar kreunde zij. 
Berichten van mensen die het hadden over wakker worden. 
Anderen moesten dat.

Zij is toen maar gaan slapen.





Reacties