Zeg eens C



Elke dag was een verrassing, dacht zij optimistisch. 
Een gevoel welke zij zeker bezat, met trots, koesterde, 
omdat het ook zomaar ineens verdwenen was. 
Ze ging ervan uit, ja rekende er ronduit op, 
dat het haar bij zou staan. 
Zo vanzelfsprekend. 

Wanneer wist zij niet meer. 
Het leek zijn koffers gepakt te hebben. 
Dat deed zij vaker. 
Een onbegrijpelijke situatie, 
op een dergelijke manier abstraheren, 
om het, 
vervolgens tot kinderlijke eenvoud, 
terug te laten keren. 

De vraag, die zij zich stelde, betrof het een gevoel 
of was het een denkwijze, een keuze? 
Tegelijk verbaasd, dat zij daar nu pas mee kwam. 
Was ook dat een patroon 
en verschillende het van persoon tot persoon? 

Niet allemaal tegelijk, sprak zij haar gedachten, in gedachten toe.
Dat was nou leuk. 
Soms kon zij het goed vinden met zichzelf, 
haar grapjes zijn goed aan haarzelf besteed. 
Ook daar kon zij dan weer om lachen. 
Zulke dingen lukte het best alleen. 

Misschien is het een mening? 
Een algemene omschrijving van besluiten 
met deze gemeenschappelijke noemer. 
Dat zou betekenisvol zijn. Het maakte nogal wat uit. 

Zij zou het bijvoeglijk kunnen noemen. 
Achteraf. In retrospectief. 
Hoezo was het dan kwijt? 
Het laten rusten, 
rijpen, 
hielp nogal eens. 

Zij probeerde aan iets anders te denken. 
Dat gaat mij de ene keer ook beter af dan de andere, 
constateert zij. 
Meestal kon zij het niet eens tegenhouden, 
leek het een overstroming in haar hoofd. 
Ik kan mijzelf niet bijhouden, lacht zij dan, 
maar nooit hardop. 
Daar zouden mensen gek van opkijken. 

In haar kinderjaren heeft zij daar wel aan moeten wennen. 
Dat niet iedereen hetzelfde dacht, 
beleefde in het hoofd, 
van binnen. 
Voorzichtig heeft het haar gemaakt. 

"Sommige dingen moet je niet hardop zeggen", 
zei haar moeder dan, op een samenzweerderig toontje. 
"O, klaarde zij dan op. 
U denkt het ook? 
Iedereen denkt het!" 

Aan het gezicht van moeder te zien, toch niet, 
moest zij teleurstellend bekennen. 

Even had zij weer die hoop dat alles een vergissing was 
en zij er gewoon bij zou horen. 

De mensen applaudisserend,
lachend bekennende, 
zij haar voor de gek hadden gehouden. 

Reacties